2/26/08

Het electorale debat

De presidentsverkiezingen zijn vanuit het oogpunt van de westerse democratie, een politieke strijd tussen presidentskandidaten met verschillende opvattingen, een overduidelijk non-event. Het dieptepunt is misschien wel het televisiedebat waarin kandidaat Zjirinovskii verbaal en fysiek geweld gebruikt jegens een woordvoerder van de ‘Democratische Partij, Nikolai Gotsa, vereeuwigd in dit youtube filmpje.

Kommersant vermeldt dat de Centrale Kiescommissie niet naar de rechter zal stappen om de uitsluiting van Zjirinovskii te eisen. Gotsa zelf zal wel een zaak aanspannen.
Een ander element uit het electorale debat, dat ik wil aanstippen is een interview met de kandidaat van de Communistische Partij Zjoeganov in Rossiiskaja Gazeta. Zjoeganov agiteert tegen de onwil van de overheid om op te treden tegen de immorele sfeer in de samenleving en het verval van de Russische cultuur.

“Ze doen er niets aan. Ze willen geen halt toeroepen aan de ongebreidelde zakkenvullerei op alle ‘show’kanalen, waar er niet het kleinste moment overblijft voor de Russische taal, voor de Russische mens. De commercie regeert. “ … “De beeldbuis toont ons eindeloze beelden van het Amerikaanse leven. Er wordt meer gepraat over de Amerikaanse verkiezingen dan de onze. Wij kunnen niet eens normale debatten organiseren, zodat de mensen begrijpen wat er gebeurd en bewust hun keus kunnen maken.” “De televisie is een helse machine, die ons morele en spirituele fundament verwoest .” … “Wanneer we niet iets radicaal veranderen aan de televisie en ander media, hoe kunnen we dan serieus rekenen op de door onze huidige president verkondigde overwinningen en de uitvoer van het strategische plan tot 2020?” … “Wat voor een overwinningen kunnen dat worden in vergelijking met de gigantische overwinningen uit de Sovjet periode? Toen haalde het land overwinningen zonder weerga, omdat er in het land een geheel andere sfeer heerste, andere verhoudingen, andere waarden en idealen.”

Zjoeganov stelt voor een maatschappelijke toezichthouder op te richten bestaande uit “talentvolle, wijze en verantwoordelijke mensen, die collectief bepalen welke programma’s te ondersteunen en financieren en welke programma’s tot rede te brengen.”

Ook bekritiseert Zjoeganov Medvedev’s houding tegenover de veteranen van Stalingrad. Echt respect tonen zou betekenen dat hij hen belooft Volgograd haar oude naam terug te geven. Het valt hem op dat er in de schoolboeken wordt gesproken van de Tweede Wereldoorlog en niet de grote vaderlandse oorlog en de strijd om Stalingrad slechts in enkele pagina’s wordt besproken, terwijl de meeste aandacht uitgaat naar de gevechten van de geallieerden aan de Atlantische kust en in Noord Afrika. “Het is zover gekomen dat schoolkinderen niets weten van Zoja Kosmodemjanskaja, Aleksandr Matrosov en Joeri Gagarin.” … “Het lijkt erop dat niemand verontwaardigd is dat in Tallin de graven van onze soldaten zijn geopend en de het monument van de bronzen soldaat is verplaatst . En dat in de Oekraïne Mazepa, Petljoera en Bandera opnieuw op een voetstuk gezet worden.”

Ik heb voor dit interview met Zjoeganov gekozen om Poetin’s inperkingen van de persvrijheid, zijn historisch relativisme en zijn kille houding jegens het westen even kort in een perspectief te zetten.

Het bestuurlijke debat

Het kwalitatief en kwantitatief arme electorale debat tussen de kansloze presidentskandidaten speelt zich aan de zijlijn af. Binnen de bestuurlijke elite, gegroepeerd rond de consensus dat Poetin’s keus Medvedev de beste optie voor het land is, speelt zich het daadwerkelijke debat af over de te kiezen strategie voor de komende jaren.

Medvedev’s toespraak in Krasnoyarsk op 15 februari kan worden gezien als zijn electorale programma. In zijn rede verwijst Medvedev herhaaldelijk naar de door Poetin aangegeven ontwikkelingsstrategie tot 2020. De kernpunten van het tandem Medvedev - Poetin zijn het verankeren van het rechtsbewustzijn in de samenleving, de strijd tegen de corruptie, het verbeteren van de infrastructuur, een kenniseconomie gericht op innovatie, optimalisatie van de belastingwetgeving, het milieuvraagstuk, minder barrières voor het kleinbedrijf en de ontwikkeling van de middenklasse.

Ekspert wijst erop dat veel van de plannen van het tandem voortkomen uit de Maatschappelijke Raad, dat als een parapluorganisatie functioneert voor verschillende maatschappelijke organisaties zoals ‘Zakelijk Rusland’, de “Russische Unie voor Industriëlen”, de belangenvereniging voor het midden- en kleinbedrijf OPORA en andere instituten van expertise zoals de liberaalconservatieve denktank ‘de club van 4 november’. De laatste organisatie wordt in het bijzonder genoemd omdat het een project is van de hoofdredacteur van Ekspert Valerii Fadejev.

“Het is naïef te denken dat de hoge superieuren nu hun werk gaan doen volgens het door ons aangereikte ontwikkelingsplan, “ zegt Fadejev tijdens een door de Maatschappelijke Raad georganiseerde hoorzitting. “Poetin heeft slechts de contouren van het grote project aangegeven en nu moet het actieve deel van de maatschappij zich betrekken bij de uitwerking van de details en de uitvoering. “ “In de details is het plan helemaal niet zo rooskleuring als veel van de luisteraars naar de presidentiële toespraak willen denken. Er zijn overduidelijk positieve veranderingen merkbaar in het economische en sociale beleid, maar veel van deze veranderingen dragen een ongestructureerd en chaotisch karakter. In het verslag van de hoorzetting komen de volgende punten naar voren.

* De voorzitter van commissie binnen de Maatschappelijke Raad voor arbeidsrelaties en het pensioenstelsel, Oleg Neterebskii wijst erop dat ondanks de positieve indicatoren van economische groei, de spanningen in de maatschappij voortduren. “Veel burgers denken dat de resultaten van de economische activiteit onrechtvaardig verdeeld worden. Trouwens, niet alleen de overheid is geïnteresseerd in het wegnemen van deze spanningen, maar ook het zakenleven, dat aan de onderhandelingstafel vaak met de problemen van de werknemers wordt geconfronteerd. Niemand vaart immers wel bij stakingen, niet de werknemer, niet de werkgever. Feitelijk is er in ons land geen ‘sociaal partnerschap’.”

* De overheid moet volgens Neterebskii meer aandacht geven aan de ontwikkeling van het pensioenstelsel. “Geheel onnodig wordt er een nieuwe hervorming doorgevoerd, terwijl het voldoende zou zijn om te inhoud van de hervormingen uit 2000 goed uit te voeren.

* “De sociale belastingen moeten beter worden uitgewerkt. Deze belastingen hebben nu een uiterst ‘filosofisch’ karakter.”

* De president van de Russische Spoorwegen, Jakoenin, ook uitgenodigd op de hoorzitting, benoemt een ander probleem: ‘’De salarissen groeien, maar de arbeidsproductiviteit niet.” “Veel Russische arbeiders worden nu ondergewaardeerd, maar salarisstijgingen moeten in overeenstemming zijn met het groeitempo van de arbeidsproductiviteit en niet worden gefabriceerd op toewijzing van bovenaf.” “De gouverneurs kreunen.”

* De voorzitter van ‘Zakelijk Rusland’ Boris Titov wijst erop dat het aandeel van het kleinbedrijf in het nationaal product volgens een door zijn organisatie in samenwerking met de Wereldbank gehouden onderzoek 11,4% is en niet de 13% die Medvedev in zijn toespraak in Krasnojarsk noemt. “Ondanks de lichte overdrijving blijft het getal afgrijselijk laag.”

Op basis van de hoorzitting heeft de maatschappelijke Raad een reeks aanbevelingen gedaan aan de politiek en het bedrijfsleven.

Kommersant
bericht over discussies in de regering. Het Ministerie van Financiën ziet op korte termijn geen mogelijkheden voor een verlaging van de BTW, zoals beloofd door Medvedev en Poetin. Bij een verlaging van de BTW van 18 tot 12% zijn de verliezen voor het budget berekend op gegevens uit 2007 22 miljard euro per jaar. In 2011 zal dit verlies oplopen tot 27 miljard euro. “Als Minister van Financiën Koedrin de BTW wil verlagen dan moet hij snijden in de andere uitgaven van het budget”, zegt de rector van een economische universiteit Vladimir May. Plaatsvervangend Minister van Financien Sjatalov bevestigt enkele dagen later dat het budget voor de komende jaren al opgemaakt is, implicerend dat het ministerie geen ruimte ziet voor de beloofde belastingverlaging.

In een open brief aan Rossiiskaja Gazeta schrijft Evsei Goervitsj, voorzitter van de ‘Economische Expert Groep’, dat het zakenleven en de overheid elkaar middels een optimalisatie van belastingen kunnen helpen. De belastingheffing zou omlaag kunnen, wanneer daarbij de belastbare basis verbreedt wordt door nieuwe bedrijven te starten en al bestaande uit het grijze circuit te trekken. “Een derde van de Russische salarissen wordt nog in een envelop uitgekeerd.” Daarbij vermeldt hij wel dat een eerder verlaging van de Sociale Belasting niet tot noemenswaardige verbetering geleid heeft. De door Poetin voorgestelde vrijstelling van Sociale Belasting van uitgaven van de werkgever aan opleidingen en medische verzekering voor de werknemers verwelkomt hij. Er moet wel opgepast worden dat dit administratief niet te ingewikkeld wordt.

Terugkomend op de BTW, zegt hij, dat het niet zozeer de bedrijven maar vooral de consument zal zijn, die van een BTW verlaging produceert. Een consumptievraag, die sneller stijgt dan het aanbod van de eigen productie, leidt eerder tot een verhoging van de import dan tot de uitbreiding van de eigen industriële productie. Wanneer het doel is de eigen industrie te stimuleren is een verlaging van de winstbelasting wellicht veel effectiever. Juist zo’n maatregel verbetert het investeringsklimaat. Medvedev sprak overigens ook over een differentiëring van de winstbelasting ter stimulatie van innovatieve sectoren.

Medvedev’s plan voor het oprichten van een staatsbedrijf dat moet optreden als opdrachtgever en exploitatiemaatschappij van door de overheid gefinancierde snelwegen en andere infrastructurele objecten stuit op bezwaren van monopoliewaakhond FAS. FAS baas Artemev zegt te hopen, dat de overheid niet de oprichting van nog een staatsbedrijf steunt , maar de keuze maakt voor de ontwikkeling en demonopolisatie van de economie en onafhankelijk beheer van de snelwegen zal bespoedigen.

Hierbij moet worden aangetekend dat bijvoorbeeld Artemev zich in een lastige positie bevindt. Is dit werkelijk wat Medvedev wil of worden hij en ander bureaucraten getest op een eigen verantwoorde en onafhankelijke positie? Medvedev, immers, heeft zich ook kritisch opgesteld jegens de staatsbedrijven door te stellen, dat hij het aantal overheidsfunctionarissen dat bij deze staatsbedrijven werkt wil verminderen.

De Minister van Economische Ontwikkeling en Handel zit in haar maag met de opdracht te kijken hoe de hoogwaardige verwerking van olieproducten op eigen bodem gestimuleerd kan worden middels een differentiatie van de exportheffingen. Dit soort plannen lijken op het eerste oog een gouden greep, het ministerie maakt zich echter zorgen of de uitvoering wel een netto verbetering oplevert. Ontstaat er niet meer administratieve last voor de Belastingdienst , nieuwe mazen in de wet voor belastingontduiking en een voedingsbodem voor corruptie? Een anonieme ambtenaar geeft toe dat het ministerie verrast is door deze plannen. “Ik heb er nog niet eerder van gehoord.”

Rossiiskaja Gazeta herinnert de lezer dat tot 2004 dergelijke hoogwaardige productie gestimuleerd werden met een vrijstelling van de BTW . Nabijoelinna van Economische ontwikkeling denkt volgens dit artikel dat er met een verlaging van exportheffingen alleen weinig bereikt kan worden. Over de belastingen gaat echter haar collega, de uiterst zuinige Koedrin. Ondanks het ontslag van Herman Gref als minister van Economische Ontwikkeling blijven beide ministeries naar elkaar wijzen.
Ook Goervistj betwijfelt het nut van dergelijk belastingmaatregelen ter stimulering van investeringen in technologie en innovatie. Zonder functionerende concurrentie op de markt zullen bedrijven geen daadwerkelijke stimuli ondervinden om te innoveren.

Medvedev en de presidentiële macht

Volgens de laatste peilingen van het VTsIOM, gepubliceerd in Rossiiskaja Gazeta kan Medvedev rekenen op 73,5% van de stemmen. Zjoeganov op 13,5%, Zjirinovskii op 11,6% en Bogdanov op 1,3%. 85% van de Russen zegt te zullen gaan stemmen. Medvedev’s keuze om niet aan de debatten deel te nemen lijkt geen invloed op zijn populariteit gehad te hebben.

Gazeta.ru wijdt een artikel aan de uitspraak van Medvedev in het blad ‘Itogi’ dat “een parlementaire republiek Rusland zou verwoesten”. “Rusland is een federatie met veel perspectieven, maar ook met veel problemen. Een dergelijke staat kan alleen bestuurd worden door een sterke presidentiële macht, ongeacht de persoon die op dat moment in het Kremlin zit.” … “Onze nabije buren, die proberen de configuratie van machtsmandaten een beetje te veranderen, stuiten op kolossale moeilijkheden. En dan zijn zij nog niet eens een Federatie, zoals wij. “

Het idee voor een parlementaire republiek zou voedingsbodem gekregen hebben toen Poetin in 2003 verklaarde van plan te zijn ‘om een professionele, effectieve regering te formeren, die gebaseerd is op een parlementaire meerderheid”. Volgens Gazeta interpreteerde een reeks waarnemers deze uitspraak als een signaal voor de verandering van de staatsvorm. Dit terwijl Poetin zelf herhaaldelijk zei een staatsvorm, die afwijkt van een presidentiële republiek, gevaarlijk en ontoelaatbaar te vinden. Bronnen in de Presidentiële Administratie verklaarden volgens Gazeta dat de winnende politieke partij uitsluitend geconsulteerd zou worden over de invulling van de posten in der regering en niet op eigen initiatief de personen voor deze posten zou mogen leveren.

Zelf blijf ik dit een interessante vraag vinden. Uiteraard werd deze sappige wortel van een parlementaire democratie aan het konijn, de partij Verenigd Rusland, voorgehouden. Maar werd de wortel uiteindelijk niet geschonken omdat de Presidentiële Administratie dit nooit van plan was of omdat het konijn wel erg groot geworden was? Voorts zal er in de toekomst opnieuw een wortel nodig zijn om de politici in Verenigd Rusland in het gelid te houden. Het kan best zijn dat de oude wortel van de parlementaire democratie opnieuw uit de kast gehaald wordt.

Buitenland


Oekraine

Ekspert bespreekt de achtergronden van de recente onderhandelingen over gasleveranties tussen de Russische Federatie en Rusland. Het eerste deel van het verhaal komt overeen met de berichtgeving van Kommersant van twee weken terug.

Timosjenko beloofde tijdens de verkiezingscampagne de ‘corrupte’ tussenpersonen RosOekrEnergo en OekrGazEnergo af te schaffen. Nadat zij premier werd bevroor Timosjenko de betalingen van Naftogaz aan RosOekrEnergo. Ekspert suggereert dat zij dit geld gebruikte om een andere ‘populistische’ verkiezingsbelofte uit te voeren; een morele vergoeding voor de financiële verliezen geleden bij de devaluatie van spaarcenten tijdens de val van de Sovjet-Unie. Vervolgens annuleerde haar regering op 6 februari de oprichtingsdocumenten van OekrGazEnergo. Eerder verschenen er in de media berichten dat een van de aandeelhouders van RosOekrEnergo, de ondernemer Firtasj, een zakenrelatie heeft met de crimineel Mogilevitsj. Deze Mogiletvistj werd recent in Moskou gearresteerd. Het was nu wel duidelijk dat zowel Moskou als Kiev op een nieuw schema voor de gasleveranties afkoersten.

Timosjenko stuurde op 8 februari Igor Didenko van Naftogaz voor onderhandelingen naar Moskou. Op 11 februari probeerde zijn collega Oleg Doebin het nogmaals. Moskou zei echter officieel alleen te willen onderhandelen op presidentieel niveau, met Joestsjenko dus. Deze kwam op 12 februari en er werd snel een akkoord bereikt dat in de letter niet veel verschilde van de voorstellen van Didenko en Doebin. Er komen twee nieuwe tussenpersonen, dit maal zonder deelname van private ondernemers.

Voor Moskou en Joetsjenko is het echter belangrijk om Timosjenko zo min mogelijk ruimte te geven om dit als een persoonlijke overwinning te verkopen aan de burgers van de Oekraïne. Het manoeuvreren voor de volgende presidentiële verkiezingen in de Oekraïne is inmiddels al begonnen. Moskou lijkt volgens Ekspert de voorkeur te verplaatsen van Janoekovistj naar Joestsjenko. Er wordt getwijfeld aan de kans dat de eerstgenoemde nogmaals een comeback kan maken. Joestsjenko wordt nu door gezien als een kandidaat, die ook het Russischtalige deel van de bevolking zou kunnen aanspreken. Daarmee is hij veel aantrekkelijker dan Timosjenko, die vooral op anti-Russische stemmingen in de westerse delen van het land leunt. De geldschieter van Janoekovitsj , de oligarch uit Donetsk Rinat Achmetov, zou zich inmiddels ook op Joestsjenko richten.

Joestjenko, wiens ratings momenteel erg laag liggen, kan de steun van Moskou goed gebruiken. In Moskou toonde hij zich plots een zeer voorzichtig voorstander van het NATO lidmaatschap. Mogelijk zou hij een wettelijk verbod willen invoeren op de plaatsing van een NATO basis op Oekraïns grondgebied, om de Russische zorgen over een mogelijk lidmaatschap van Oekraïne bij de alliantie te verlichten. Ook zegt hij eerst een referendum over toetreding te willen houden. Volgens Ekspert wijzen onderzoeken ‘keer op keer’ uit dat de meerderheid van de bevolking tegen toetreding is.

Een andere ‘overwinning’ voor Rusland is dat Gazprom, nu het samen met het Oekraïense Naftogaz en zonder extra kapitaal van private ondernemers twee nieuwe tussenpersonen gaat vormen en zo een relatief grotere invloed op de Oekraïnse afzetmarkt krijgt.

De zorg blijft bestaan dat ook dit schema met opnieuw twee tussenpersonen geen lang leven beschoren is. Blijkbaar waarderen beide partijen deze ‘vrijheid’. Ook heb ik me wel eens laten uitleggen dat er minstens één tussenpersoon nodig is zolang de Oekraïne af en toe op de pof wil kopen. Volgens de Russische wet moeten gasleveranties van te voren betaald worden. De tussenpersoon zorgt er voor dat de betalingen als dusdanig in de boeken staan.

GOS
Kommersant bericht over een informele top van GOS landen in Poetin’s residentie nabij Novo-Ogarevo, waarbij Medvedev voorgesteld werd aan de presidenten van de GOS landen. Poetin verzekerde de buurlanden dat het buitenlands beleid onder opvolger Medvedev niet zal veranderen. Het feit dat alle elf presidenten bereid waren te komen is een teken van het belang dat er aan de machtsoverdracht gehecht wordt.
Het vraagstuk Kosovo kan de landen niet verdelen. Naast de Russische Federatie hebben Wit-Rusland, Azerbeidjaan, Kirgizië, Tadzjikistan en Kazachstan al verklaard Kosovo niet te zullen erkennen. Georgië en Moldavië, twee landen die zelf te maken hebben met separatistische stemmingen laten volgens Kommersant een sterker tegengeluid horen. Oekraïne, Turkmenistan en Oezbekistan zeggen hun positie nog niet bepaald te hebben.

Moldavië
Moskou en Chisinau (Moldavië) werken volgens Kommersant actief aan een oplossing voor het conflict rond Transdnestrië met als basis de territoriale eenheid van Moldavië. Bronnen in de Moldavische delegatie zouden de krant verteld hebben dat “het vraagstuk van de hereniging van de republiek binnen korte tijd afgesloten kan worden.”

Georgië
De relatie met Georgië lijkt minder positief, maar beter dan voor Saakasjvili’s herverkiezing. Moskou gaf recent de leiders van Abchazië en Zuid-Ossetië een platform in Moskou om de wens te uiten zich af te scheiden van Georgië. Kommersant schrijft dat dit de Georgische overheid serieus moet hebben bevreesd dat Rusland over zou gaan tot steun voor een onafhankelijkheidsverklaring.

Georgië is vooral geïnteresseerd in een hervatting van het personen- en vrachtverkeer met Rusland en een beëindiging van het importverbod op Georgische wijnen. Rusland wil dat Georgië stopt met het blokkeren van het WTO lidmaatschap voor Rusland. RIA Novosti bericht dat er maandagmiddag een voorlopig akkoord bereikt zou zijn over het gezamenlijk reguleren van de handel tussen de Russische Federatie en de Georgische deelrepublieken Abchazië en Zuid-Ossetië. In ruil daarvoor zou Georgië akkoord gaan met het WTO lidmaatschap voor Rusland.

Amerikaans raketschild in Polen en Tsjechië
Zaterdag melde Kommersant dat de onderhandelingen tussen Polen en de VS over de plaatsing van een Amerikaans raketschild in Polen gepland voor 22 februari uitgesteld zijn. Polen zou ontevreden zijn over het aanbod van de Amerikanen. De Polen eisen militaire hulp ter waarde van 20 miljard dollar. Washington heeft voor het plaatsen van de raketafweer echter maar 3,5 miljard dollar ingepland. Kommersant vermeldt dat volgens onderzoek 52% van de Poolse bevolking tegen plaatsing is en slechts 32% voor.

De Tsjechische premier Topolanek verklaarde deze week nog naar Washington af te reizen om een akkoord te sluiten.

Onderwijs

Vanuit de gedachte dat het land een innovatieve kenniseconomie wil ontwikkelen neemt Ekspert de hervorming in het onderwijsstelsel op de korrel. Passen sommige aspecten van de sovjet ‘school van kennis’ niet veel beter bij deze wens, dan de in de laatste decennia haastig ingevoerde ‘school van competenties’? En is het wel goed voor een land om iets zo fundamenteels als het basisonderwijs zo radicaal te veranderen?

“De Sovjet-Russische basisschool was gebaseerd op drie principes: akademizm, oenitarizm en avtoritarnost. In moderne bewoordingen noemen we dit een ‘school van kennis’. Akademizm is de complexiteit van het vereiste en een overdaad aan informatie ter verbreding van het gezichtsveld. Oenitarizm is de eenheid van de inhoud van het onderwijs in alle scholen van het land. Avtoritarnost is de onvoorwaardelijke ondergeschiktheid van het onderwijsproces aan de autoriteit van de onderwijzer. Om niet het verkeerde idee te wekken moet daarbij gezegd worden dat avtoritarnost in deze betekenis volstrekt niet een democratische en humanitaire verhouding tussen leraar en leerling in de weg staat. Een dergelijk systeem vereist een overtuigde maatschappelijke rechtvaardiging en kan alleen bestaan in een land met duidelijk geformuleerde ontwikkelingsdoelen, die begrepen worden door de drie hoekstenen van het onderwijs; ouders , onderwijzers en leerlingen.”

“Voorstanders van de ‘school van kennis’ gaan ervan uit het in het bijzonder kennis is dat kinderen opvoedt en hen voorbereid op het leven. De nieuwe economie, die kennis verwerpt, is het resultaat van een crisis, waaraan men zich niet moet aanpassen, maar die men juist moet overwinnen. De economie moet het onderwijs niet trekken, maar het onderwijs de economie. De braindrain van Russen, die zich succesvol hebben aangepast aan de wetenschappelijke en universitaire elite in het westen, toont aan dat de Sovjetstandaarden één van de besten in de wereld waren. “

Voorstanders van de tegenhanger, de ‘school van competentie’ zijn van mening dat de leerlingen van traditionele Russische scholen zich niet kunnen aanpassen aan de veranderde sociale en economische structuur. “Sovjet onderwijs was gebaseerd op kennis omwille van kennis en daarom moet het systeem geheroriënteerd worden van kennis naar competenties en vaardigheden.” Krajevskii: “De ‘sleutel’competentie, die een leerling op school moeten bemachtigen, is het vermogen om in concrete situaties levensproblemen op te lossen. ... De taak van de school is niet zozeer het overdragen van kennis als wel sociale ervaring.”

Ludwig Fadejev, voorstander van de ‘ school van kennis’ argumenteert dat een surplus aan kennis niet bestaat, omdat niemand weet wat een mens in zijn of haar leven nodig zal hebben. … Het is bekend dat het brein zich ontwikkelt, wanneer er meer gestudeerd wordt. Alleen een mens, die veel weet, is vrij.

Ekspert concludeert dat het Ministerie van Onderwijs gekozen heeft voor de ‘school van competentie’. Zo zei minister Foersenko eens dat “de oude school fundamentele specialisten voorbereidde, terwijl er op dit moment gebruikers van technologie nodig zijn.” Deze keuze manifesteert bijvoorbeeld in de profilering van het onderwijs (specialisatie naar vakkenpakket, JM), het algemene staatsexamen (EGE) en iets wat elektivnost genoemd wordt, schrijft Ekspert “Deze keuze kan misschien logisch zijn geweest in de jaren negentig, maar nu de staat zichzelf opnieuw doelen probeert te stellen, innovatieve doelen overigens, lijkt de keuze voor de ‘school van competenties’ voorbarig.”

Het artikel kijkt vervolgens naar ander landen in de wereld en concludeert dat landen, die gedwongen worden om snel te moderniseren, voor een ‘school van kennis’ kiezen. “De school van competenties is daarentegen karakteristiek voor de Angelsaksische wereld. De school was daar altijd een onderwerp van zorg voor de samenleving, niet de staat. Men was niet zo zeer geneigd de problemen van het ‘hoge’ onderwijs op te lossen als wel de pragmatische opgaven van het alledaagse leven. ‘Scholen van kennis’ bestaan ook in de Angelsaksische landen, maar dit waren en zijn eerder elitescholen.

Ekspert gaat dieper in op het Amerikaanse onderwijssysteem en stipt onder aan dat de Amerikanen vier jaar na de succesvolle lancering van de eerste Russische satelliet in 1957 kozen voor een meer kennisgericht model van onderwijs, iets dat onder druk van een campagne voor burgerlijke vrijheden in 1970 werd teruggedraaid. In de loop der tijd is er een tekort ontstaan aan kennis van wiskunde en natuurkunde. (Ik ga zeer snel door deze passage heen, JM) De Amerikanen zouden nu met enige jaloezie naar het onderwijs in Japan kijken. Daar is de inhoud van het onderwijs voor iedereen hetzelfde en zijn natuurwetenschappelijke vakken tot en met de negende klas verplicht.

“Een van de grootste gevaren van een vroege profilering (specialisatie op vakkenpakket, JM) is de verwoesting van de culturele eenheid van de natie”, aldus Ekspert. De Britse filosoof Charles Snow wordt aangehaald, die in de jaren ’60 waarschuwde voor een schisma tussen een cultuur geschapen door de natuurwetenschap en een cultuur geschapen vanuit de geesteswetenschappen en de kunst. Ekspert brengt in herinnering dat het een van de doelen van het Sovjet onderwijs was om de scholieren een harmonisch ontwikkelde persoonlijkheid mee te geven. “De natuurwetenschappelijke technicus, die geen Tsjechov of Poesjkin gelezen heeft zal onbeleefd overkomen.” Vladimir Filippov van de faculteit van praktische filosofie aan een universiteit in St. Petersburg, wijst op een in zijn stad aangespannen rechtszaak waarin het Darwinisme als de enigste theorie voor het ontstaan van de mens betwist wordt. “Dit is het eerste signaal dat aantoont dat veel Russische onderwijzers de gevolgtrekkingen van de natuurwetenschappers niet begrijpen en dat omgekeerd veel natuurwetenschappers vaak niet begrijpen dat geschiedenis en linguïstiek niet minder exact zijn als hun eigen wetenschap.”

Een ander principe van de ‘school van kennis’ is unitarnost, de uniformiteit van het onderwijsstelsel. “Onder de huidige omstandigheden geeft de oriëntatie van het onderwijs op capaciteitsverschillen tussen leerlingen onvermijdelijk aanleiding tot sociale selectie. Qua voorkomen is dit een legitieme vorm om het onderwijs aan te passen aan de studieresultaten van de leerlingen. De situatie wordt echter verergerd door het systeem van beoordeling en de stimuli, die onderwijzers er toe brengen om slechte leerlingen, in de regel uit sociaal slecht geadapteerde gezinnen, uit de ‘goede’ scholen te bannen. Waneer een leraar met kinderen met een slechte ‘concurrentiepositie’ werkt, verliest hij of zij de mogelijkheid er materieel of professioneel op vooruit te gaan.

Een recent rapport van de Maatschappelijke Raad wijst uit dat in het huidige onderwijssysteem de onsuccesvolle kinderen in kwalitatief mindere scholen terechtkomen. Evgenii Boenimovitsj: “Het sociale vraagstuk is wellicht de belangrijkste opgave voor het onderwijssysteem, omdat de school de belangrijkste en enigste sociale lift is, die een persoon de mogelijkheid geeft om zich van een laag sociaal stratum in een hoger, meer geciviliseerd stratum op te werken. De volgende stap, al besproken in het ministerie, is dat alleen standaard onderwijs in de toekomst nog gratis is en de rest betaald.

Ekspert richt zich nu op de doelstelling van een innovatieve kenniseconomie. Een hoge ambtenaar van het Ministerie van Economische Ontwikkeling, Andrei Klepatsj, zegt dat “ het probleem niet ligt in het gebrek aan wetenschappelijk-technische arbeiders. Het zit dieper. Het probleem is het prestige van creatief, hoog gekwalificeerd en inspannend werk en de bereidheid daartoe. En dit prestige van arbeid en de bereidheid ertoe vormt zich waneer een mens studeert. Boenimovitsj: “ongemotiveerdheid, het gebrek aan doelen, is de kernvraag van ons onderwijs. … Er is sprake van een imitatie van onderwijs, wanneer er geen reden is om niet een examen of een diploma te kopen. Deze imitatie is mogelijk omdat er geen externe vraag naar kennis is. De kinderen, die de meest moeilijke en wetenschappelijke opleidingen afmaken, hebben de slechtste materiële perspectieven en ingewikkeld creatief werk bevindt zich buiten de grenzen van de belangstelling van de samenleving.”

Het artikel beweegt zich richting de conclusie:“Alle hervormers kennen het eeuwige recept: Het is nodig simpelweg afstand te nemen van verouderde funderingen en ‘de school nader tot het leven te brengen’ … De verandering van het model van de nationale school vereist de vervanging van de hele onderwijzerschap , het hele systeem van hun opleidingen. Het is de vraag of dit überhaupt wel mogelijk is. Zelfs de Sovjetmacht met al haar brutaliteit lukte het niet en gaf het eindelijk op. “
Alle die noviteiten beginnen met experimenten. Maar is een experiment wel een experiment, wanneer er maar één vorm uitgeprobeerd wordt. Neem nu het algemene staatsexamen (EGE). Het experiment is beëindigd. Nu wordt het EGE op alle scholen afgenomen. Waarom is geheel onbegrijpelijk. Bij ons is een experiment niets anders dan de implementatie van iets nieuws zonder vorm van serieuze toetsing.

Het is bekend dat de autoriteit van een willekeurige kerk en bijvoorbeeld ook het quasikerkelijke seculiere instituut van de school gebaseerd is op routine en rituelen, die gewoontes en cultuur scheppen, waarin iedere volgende generatie van ‘adepten’ in staat is de voorgaande geschiedenis te begrijpen en de toekomst te voorspellen. Tot deze rituelen behoren niet alleen de inhoud van het onderwijs, maar ook de organisatie, de selectie van onderwezen onderwerpen, het karakter en de vorm van de examens en de verhoudingen tussen het basisonderwijs en het hogere onderwijs . Een dergelijke eenheid van generaties, zelfs in de kleine dingen, maakt de natie. En het heeft een cruciale betekenis waneer de natie besluit zich te moderniseren.