Heineken democratiseert Rusland, maar of het bedrijf daar zelf zo blij mee is …
13/04/2007
http://www.expert.ru/articles/2007/04/13/Heineken/
Vandaag (13 april 2007) is de werknemersorganisatie van de Heineken fabriek in Sint Petersburg een Italiaanse staking begonnen. De werknemers eisen een hoger salaris, gevarengeld en een systeem met premies. De kans is groot dat de arbeiders iets zullen krijgen van wat ze willen. De biermarkt kent immers een sterke concurrentie om ‘een plaatsje in de zon’ en een staking zou slecht uitkomen voor de plannen van de managers van Heineken. Ondertussen wint de vakbondsbeweging in Rusland elk jaar aan kracht. En niet zonder hulp van hun westerse collega’s.
De arbeiders van de bierfabriek Heineken in Sint Petersburg begonnen vandaag een zogenaamde Italiaanse staking, d.w.z. precies volgens de schema’s wreken, met navolging van alle instructies en zonder overwerk. De staking is geen verrassing. Een week geleden stuurden de leiders van de vakbond een brief aan de generale directeur van de bierfabriek Heineken Oleg Bokov waarin een salarisverhoging van 30% geëist werd, alsmede een vorm van gevarengeld, premies en een dertiende maand.
Volgens de voornaamste werknemersorganisatie ‘Sotsprof’ werken er op dit moment rond de 450 arbeiders in de fabriek waarvan er ongeveer 400 lid zijn van de vakbond. Het gemiddelde salaris is 485 tot 515 euro. De mediawoordvoerster van Heineken Anna Meleshina spreekt echter van 248 vakbondsleden en een gemiddeld salaris van 905 euro. ( Wij brengen de lezer in herinnering dat het gemiddelde salaris in Peterburgse verwerkingsindustrie in 2006 uit 392 euro bestond.)
De gebeurtenissen zijn volgens Melshina een vorm van ‘onbegrijpelijke, incorrecte agressie ten gevolge van gemanipuleerde feiten en maatschappelijke opinie.’ ‘Het is niet logisch’, zegt de woordvoerster nadat zij er op wijst dat er vanuit de leiding van het bedrijf in mei een jaarlijkse evaluatie van functies en salarissen plaats vindt. ‘Heineken zet zijn strategie voort en houdt zich aan de wet’. ‘Van tijd tot tijd sturen de werknemers hun eisen aan de leiding. Dit is een normaal aspect van bedrijfsvoering. De leiding, op zijn beurt heeft volgens de wet een maand om te reageren’, zegt Malashina.
Ondertussen is Sokolov boos. ‘Dit zegt ons niets. Ze willen slechts de onderhandelingen vertragen. Waarom wachten? In het licht van de economische situatie is er geld. Wij beëindigen de actie slechts dan wanneer er serieuze onderhandelingen worden gevoerd met de vakbonden’, dreigt hij.
Heineken heeft echter gelijk wanneer het zegt dat er geen sprake is van een staking. De wet erkent een Italiaanse staking immers niet als staking. Juridisch gezien is er in de fabriek niemand aan het staken, verklaart ook de voorzitter van de Russische federatie van vakbonden Oleg Babitsj.
Een vergelijking met de bekende Ford arbeiders is op zijn plaats. Deze stakers hebben een rijk verleden van confrontaties met de leiding van hun fabriek. In het begin maakten de werknemers van Ford gebruik van de al genoemde Italiaanse variant, maar in dit jaar gingen ze over tot een volledige staking. Zo bereikten zij een collectief akkoord voor een jaar met een salarisverhoging van 14 tot 20%, een jaarlijkse vergoeding in geval arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een ongeluk op het werk, een begrenzing van het aantal contracten op oproepbasis tot 6% onder normale en 20% onder bijzondere omstandigheden en het samenstellen van een werkgroep voor bestudering van arbeidsstandaarden zoals die ook in Duitsland bestaat.
Het valt op dat hoewel de arbeidsomstandigheden en de salarissen in Russische vestingen van westerse bedrijven beter zijn dan bij de eigen fabrieken , de werknemers van de Russische fabrieken niet staken en zich zelfs niet bijzonder druk maken. Waarom is dit zo? Volgens de theorie bevredigt een willekeurige salarisverhoging de werknemers slechts voor zes maanden. Daarna zijn de arbeiders van mening dat de werkgever nog iets moet geven. Ze komen opnieuw met hun eisen en beginnen vervolgens te staken.
Babitsj denkt dat leeftijd en psychologische factoren een rol spelen. In de nieuwe bedrijven werken mensen van een jonge en middelbare leeftijd, die onbevangen naar de toekomst kijken. Zij zijn ambitieuzer , mobieler en minder angstig om voor hun rechten op te komen. Een andere belangrijke factor is het voorbeeld van het westen. De filialen van grote globale ondernemingen betalen meer voor minder arbeid. Daarnaast richten steeds meer internationale vakbonden hun aandacht op de landen in Oost Europa en Rusland. Vakbondsverbanden binnen multinationals zoeken contact met plaatselijke werknemersorganisaties en leren hen hoe arbeiders effectiever voor hun belangen kunnen opkomen. Niet zelden sturen de werkgevers hun werknemers naar buitenlandse fabrieken en snijden zich zo zelf in de vingers. Thuisgekomen, verwachten de werknemers dezelfde voorwaarden voor zichzelf als waarmee zij over de grens kennis mee gemaakt hebben. Het argument dat zij het in vergelijking tot anderen in Rusland goed hebben gaat dan niet meer op.
De strijdt voor eigen rechten is een waardige zaak. Er is echter ook een ‘maar’. Wanneer de Russische arbeiders van westerse bedrijven naar Europese maatstaven betaald krijgen valt er een belangrijke reden weg waarom deze bedrijven hun productie naar ons land verplaatst hebben.
Het is zeker waar dat de werknemersorganisaties van internationale bedrijven ervaringen en kennis uitwisselen, bevestigt Koedrjashov. ‘De werknemers van Russische bedrijven oriënteren zich steeds meer op globale knowhow en proberen dit te gebruiken om druk uit te oefenen op hun werkgevers. Daarnaast speelt de succesvolle actie van de Ford-werknemers een rol. Daarbij komt nog dat de salarissen van de Russische arbeiders van Heineken lager ligt dan bij de meerderheid van de fabrieken in andere landen, legt de analyticus uit.
Koedrjashov denkt ook dat het fabriekspersoneel in een gewonnen positie staat omdat de concurrentie op de markt nu erg sterk is en Heineken het zich niet kan veroorloven om haar marktaandeel te verliezen vanwege een staking. ‘De werknemers zullen hun eisen zeker ingewilligd zien worden. Het bedrijf is ook niet geïnteresseerd in een staking die de aandacht van de wereldpers naar zich toetrekt.’
Volgens schattingen van een analyticus van het investeringsbedrijf Troika Dialog, Viktoria Grankina, heeft Heineken op dit moment een marktaandeel van 16%. ‘Hun aandeel is de laatste tijd gegroeid en ze bezetten nu de derde plaats. Daarnaast neemt de groei van biermarkt af. Terwijl de markt vorig jaar met 10% groeide, is de groei dit jaar ongeveer 5 tot 6%. De reden is de verzadigde markt’, legt de analyticus ons uit.
Deze staking heeft een voorbeeldfunctie voor andere bedrijven in de sector. ‘De staking zal andere bierproducenten, ook Russische bedrijven, verontrusten. Het voorbeeld van Ford werd gebruikt door de werknemers van ‘Aftoframos’ en het precedent van Heineken kan zijn invloed hebben op ‘Inbev’, oppert Koedrjashov. Evgenii Gavrilenkov, de belangrijkste econoom van Troika Dialog verwacht een salarisstijging van rond de 10%. In de nabije toekomst zal het aantal stakingen in ons land geleidelijk toenemen en de werknemers zullen hun eisen ingewilligd zien worden, voorspelt Gavrilenkov.
De reden van de stakingen is volgens de analyticus duidelijk. De welvaart van de bevolking groeit geleidelijk. ‘Er was een periode waarin de bevolking arm was en net rond kon komen. Nu de primaire behoeftes bevredigd kunnen worden groeien ook de verwachtingen ‘, verheldert Gavrilenkov. Volgens zijn prognoses zullen de vakbonden geleidelijk een significante plaats innemen in de dialoog tussen werknemers en werkgevers. ‘Dit is de volgende stap in de consolidatie van de maatschappij’.
No comments:
Post a Comment